Gedenkstukken tot opheldering der nederlandsche Geschiedenis - opgezameld uit de archiven te rijssek, en op gezag van het gouvernement uitgegeven, Nr. 48, S. 97
7 September 1293.
Jou Wulfars de Bersele chevaliers fac savoir Atous, ke jou de noble homme men chier segneur Guion conte de Flandres et marchis de Namur, par Ie main Jake- mon de Donze recheveur de Flandres ai eut et recheut pour mi et pour ceus ki avoekes mi sont de Zelande pour no assenement (1) de deus mois , cesta savoir pour Ie mois de jule, et pour Ie mois daoust darrainement (2) passe, sis eens livres quarante une livre treze sols et quatre deniers de parisis, desquels deniers jou me tieng plainement a bien paies par Ie tiesmoing de ces lettres saielees de men saiel, donees lan del incarna- tion nostre Segneur mil deus eens quatre vins et treze, Ie nuit nostre dame el mois de Septembre (3).
Origineel op perkament met een uithangend ridderzegel in bruin was, met contraze gel, beschadigd.
(1) assenement, het hun toegelegde, hunne belooning.
(2) darrainement, laatstelijk.
(3) Het schijnt uit dezen brief te blijken , wanneer men dien ver gelijkt met hetgeen door Kluit uit de HS. kronijk van Grijps- kerke is opgeteekend, Hist. Crit. II. p. 968, dat Wolfert van Borselen sedert 1290 van grave Guy een vast jaargeld trok, als schadeloosstelling voor het gemis zijner inkomsltn uit zijne Zeeuwsche goederea, die graaf Floris heu: belette te trekken.
— 58 —
Gedenkstukken Nederlandsche Geschiedenis, ed. Bergh, 1842 (Google data) 48, in: Monasterium.net, URL </mom/Gedenkstukken/0e634df1-53a5-4449-9cfb-e9305713c4f0/charter>, accessed at 2024-11-21+01:00
The Charter already exists in the choosen Collection
Please wait copying Charter, dialog will close at success