useridguestuseridguestuseridguestERRORuseridguestuseridguestuseridguestuseridguestuseridguest
Charter: Gedenkstukken Nederlandsche Geschiedenis, ed. Bergh, 1842 (Google data) 119
Signature: 119

The transcription and metadata of this charter are scanned by a OCR tool and thus may have low quality.

Zoom image:
Add bookmark
Edit charter (old editor)
99999999
N°. XCVII. Verhaal van den oorsprong der Hoek scha en Kabeljaauwsche twisten (1). {3) rechiut oud, voor recut. (2) sairement, oud , voor serment. (4) doyent, oud, voor doivent.
Source Regest: 
Gedenkstukken tot opheldering der nederlandsche Geschiedenis - opgezameld uit de archiven te rijssek, en op gezag van het gouvernement uitgegeven, Nr. 119, S. 238
 

ed.
Current repository
Gedenkstukken tot opheldering der nederlandsche Geschiedenis - opgezameld uit de archiven te rijssek, en op gezag van het gouvernement uitgegeven, Nr. 119, S. 238

    Graphics: 
    x

    Chil est li declaration et maniere comment medame li contesse entra en possession de ses pais de Haynau, de Hollande, de Zellande et signerie de Frise.

    Premiers quant medame dessus nommee entendi qne li contes Guillaumes ses freres, qui diex absoille, es-

    (1) De schrijver van dit stuk is geheel onbekend: maar, daar taal, spelling en schrift tot de 14de eeuw behooren , moet hij gedurende of kort na het ontstaan der twisten geleefd hebben, hetgeen nog nader uit zijne eigene woorden blijkt: want, verhalende dat Margaretha haren zoon Willem tot zich uit Zeeland riep, waar hij door zijne aanhangers om geven was, die hem noode lieten vertrekken, voegt hij er bij: » et qui depuis en fats et en oeuvres ont estet mout » contraire a medame, si quil apparut et pert encore," en bij het verhaal hoe Margaretha van den keizer verlei- brieven ontving, gebruikt hij den tegenwoordigen tijd (de cliou a medame lettres) , daar hij voor het overige altijd het imperfectum ofperfectum bezigt; ook eindigt zijn verhaal in 1351. Hij schijnt een Hollander of Zeeuw geweest te zijn, want, behalve dat hij met de bijzonderheden aldaar voorgevallen, bijzonder toont bekend te zijn , heeft hij aan het einde eeni- ge Nederduilsche regels ingevoegd, die uten niet voor het

    — 199 —

    toit trespasses, elle comme aisnee suer Ie dit conte et droite hiretiere (1) des dis pais, les releva (2) de monsigneur lempereur et rechiut (3) comme souveraiu et de cuy on tient les dis pais, ensi que droit et coustu- öxe lensengnóit; et la furent present li dus Rodolf sus

    werk van eenen anderen houden kan, omdat de geheele perkamentrol, waarop dit verhaal gesteld is , door dezelfde Land is beschreven. Hoezeer hij zeer gematigd in zijne uitdrukkingen is, blijkt het echter genoegzaam dat hij der parlije van Margaretha toegedaan was , die hij ook dikwijls alleen madame noemt, terwijl hij Willem steeds bij zijnen naam en titel aanhaalt; hij schijnt zelf bij sommige onder handelingen tegenwoordig geweest te zijn, mits hij meerma len de gezegden der partijen opgeeft

    Dit verhaal is merkwaardig als het eenige gelijktijdige stuk dat afzonderlijk over den oorsprong dezer burgertwisten handelt en daarvan een aaneengeschakeld verhaal geeft; «r komen hier verscheidene bijzonderheden voor, die men elders te vergeefs zoeken zal, en die aan onvolledige ge zegden der overige geschiedschrijvers licht bijzetten, en we- derkeerig daaruit en uit de voorhanden zijnde charters be vestigd worden. Het is eene memorie of deductie, gelijk mij ook de Hoogleeraar Tvdeman opmerkt, waarschijnlijk van wege Margaretha aan de gekozene scheidsmannen ter regtvaardiging van haar gedrag aangeboden.

    (1) aisnee suer Ie dit conte et droite hiretiere. Als oudste zus ter des graven en wettige erfgename; het voortzetsel de is hier achter suer weggelaten , zooals veelal in stukken van dien tijd.

    (2) les releva. Zij verhefte deze leenen en verkreeg die bij opene brieven van 14 en 15 Januarij 1346, gegeven te Neu- remberg, gedrukt, maar zeer onvolledig, bij Matthaeus Anal. III. 234.

    {3) rechiut oud, voor recut.

    _ 200 —

    confrere, lempereur, li marchis de Brandebourc es- Jiseur (1) dou saint empire et pluiseurs autre nobble, et de chou a medame lettres ouvieites de monsigneur lempereur.

    Et chou fait medame li contesse dessus nommee vint de Bawiere en sen pais de Uaynau et fist sairement (2) a cascune de ses boinnes villes , et mesires de Bianmont a noble de sen pais et ses boinnes villes (3), al ensi quü

    (1) esliseur, keurvorst.

    (2) sairement, oud , voor serment.

    (3) et fist sairement etc. Wanneer men dit woordelijk vertaalt, bcteekent het: zij deed den eed aan elk harer goede ste den , en de heer van 6. aan de edelen van haar land en hare goede steden; maar het komt mij voor , dat deze ver taling de meening des schrijvers niet uitdrukt. Ofschoon Jan van B. altijd van Margaretha groote onderscheiding ge noot , en zelfs in vele stukken afzonderlijk , vóór de edelen genoemd wordt, is het toch niet denkbaar, dat hij voor haar den eed aan de edelen zou gedaan hebben, terwijl zij die enkel aan de steden deed, aan welke B. tevens zweren moest. Ik denk dus, dat of de woorden cascune de ses boinnes villes et overtollig zijn , en men lezen moet: et fist sairement a mesires de B. a noble de sen pais et ses b. v., of wel dat a cascune beteekent in elke goede stad. Ik ontken niet dat deze uitlegging altoos iets gewrongens heeft, maar ik zie geen ander middel om die plaats voldoende te verklaren. Dat Margaretha behalve aan den adel, ook in het bijzondere aan Beaumont eed gedaan heeft, kan nog ten overvloede bewezen worden , uit hetgeen onze schrijver verder zegt, bij gelegenheid harer aankomst in Holland en Zeeland: et fisenl mesires de Beaumont et tout li dis pais sairement a li et elle a yaus ensi guil appartenoit. Verg. ook De Jouge Fcrh, bl. 144.

    appartint, et sur che le rechurent comme leur droite dame et adont (1) requisent tous li pais a me ditte da me que elle se volsist obligier et convenenchier que elle de la en avant ne departiroit ne deseveroit (2) nule de ses contes ne pais de Uaynau, de Hollande, de Zellande et signerie de Frise, que elle ne les teinst ensanle , ensi que si predecesseur de boinne memore les avoyent tenut en leur vivant, eest assavoir mesires ses peres et mesires ses freres, qui diex fache boinne mer- chit. Si respondi medame dessus ditte que elle le feroit volentiers , mais que li dit pais fesissent adies (3) enviers li ensi que boinne gent doyent (4) faire a leur droit signeur. Et en otel maniere descendi me ditte dame en ses pais de Zellande, de Hollande et en le signerie de Frise, leur elle fu en otel maniere rechiute comme leur (5) droite dame et fisent mesires de Biau- mont et tout li dit pais sairement a li et elle a yaus ensi quil appartenoit.

    Meditte dame ensi rechiute en tous ses pais et signe- ries dessus nommees, manda medame li contesse dessus ditte sen consel, les nobles de ses pais et le consel de ses boinnes villes, tant de Haynau , comme de ses au- tres pais, au mont sainte Gietrud (6), et yaus assan-

    (1) adont, toen , daarop.

    (2) desever oit, af zoude scheiden, waarschijnlijk afgeleid van de en separare. Het eenvoudige sevrer beduidt thans spee- nen, d. i. van de borst scheiden.

    (3) adies, steeds, altijd.

    (4) doyent, oud, voor doivent.

    (5) leur , toen , voor alors.

    (6) manda — au mont sainte Gietrud, In het begin van Sept. 1346, want den 24slen dier maand droeg Margaretha te

    — 202 —

    let (1) medome leur monstra et dist que mesires )i F.mpereres (2) lavoit remandet par ses lettres que elle en ralast sans nul delay par deviers lui, auquel mandement elle ne Voloit mies (3) desobeir , si que drois estoit, si kar requeroit quil li donnassent consel et avis, qnille peuwist (4) ses pais mettre en tel estat quil faksent gouvrenet et maintenut ensi quil appartenoit, Ct ossi, comment et par cuy cou poroit yestre fait a kmneur et proufit de li et de tous ses pais. Sur coy li noble et tout li consel devant dit se consillierent et Jaus consillies il respondirent tout dun accort et re- quisent a me ditte dame , que elle volsist mander sen ais- net fil pour les dis pais gouvrener de par li et que ten dit lil aroient plus ker a banc (5) et gouvreneur

    Bergen in Henegouwen aan Willem het Verbeiderschap van deze landen op. Zie den brief hiervoor, (blz. 164) en Margaretha schijnt, toen zij te Geertruidenberg was, eerst het gevoelen der edelen en steden over de opvolging te hebben willen weten, alvorens 's keizers besluit ten aanzien van Willem te openbaren. Zie den brief van keizer Lodewijk IV, ©vet Willems erfregt na het overlijden zijner moeder , gegeven te Francfort 7 Sept. 1346,. bij Van Mieris II. bl 727, No. 2. Men heeft deze twee brieven met elkander verward, of liever gemeend, dat door den brief des keizers, ook zon der Margaretha's toestemming, de overdragt geschied was. Zie De Jonge , t. a. pi., bl. 74. ^1) assanlet, verzameld , assemblé.

    (2) li Empereres , oud woord voor Empereur.

    (3) mies, niet, (zie bereids bl. 98).

    (4) peuwist, oud, voorpfit.

    (5) plus ker a banc, dat zij hem (den oudsten zoon) liever tot

    stadhouder of landvoogd wilden hebben dan eenig ander. Eer staat voor cher. Banc, hans is een oud woord van duis

    — 203 —

    que nul autres , car il estoit atendans (1) di estre leur

    drois sires , pour coy a li aiousteroient plus grant foit j

    a Ie quelle requeste medame respondi que mesires li dus

    Loys , qui ses aisnes fius est , estoit maries a Ie lille

    Ie roy de Crakou et ossi li tnarchis de Bfandeböurc li

    avoit commis Ie pais de Ie Marke; kille (2) tenoit de

    vray kil ne poroit venir en ses parties par decha (3) et

    quant li pais et consel dessus nommet entendirent que

    mesires li dus Loys ni poroit venir, si requisent al que

    mesires li dus Willaumes (4) ses aisnes fius apres y

    venist , avoec lequel medame mesist tel consel dales

    luy (5) , que li pais fuissent gouvrenet et maintenut au

    teren oorsprong; de landvoogd van Croalie heet mede ban, misschien hetzelfde woord. {1) atendans, toekomstig heer: hij was in de verwachting hun heer te zullen worden; in nederlandsche charters heet dit verbeidende, welken titel hertog Willem aannam.

    (2) kille, voor qu'el/e.

    (3) ses parlies par decha. Versta de Nederlanden; vooral komt deze uitdrukking in de 16de eeuw aanhoudend voor.

    (4) si requisent al que messires li dus JFillaumes etc. Hieruit blijkt' dat deze schikking omtrent Willem , met goedvinden der landzaten geregeld is, en dat men uit de woorden van Albertus Argentin., p. 187 sq.: »gentes autem Mae » voluerunl habere seniorem Jilium Imperatoris pro dorni- » no , Princeps Vuilhelmum, fdium .mum misit ad terram » illa?n" juist niet besluiten kan, dat deze benoeming tegen den wil der landzaten streed.

    (5) mesist tel consel dales luy. Zoodanigen raad bij hem plaat ste dat het land ten meesten nutte bestuurd werd. ï)it is zeer opmerkelijk: want, indien dit waar is, blijkt hieruit, dat de edelen door Margaretha aan Willem als raden toege voegd , op aanzoek der edelen en steden zijn aangesteld.

    — 204 —

    proufit et honnenr de li et detout Ie pais, et il feroient enviers lui ensi que boinne gent doyent faire et olant que medame y fust presente. Et sur chou me ditte dame manda monsigneur Ie duc Willaume sen fiJ et vint dales li, anschois (1) que elle se partesist de ses pais , et estauli et ordena dales lui apres mesires de Bi- aumont comme souverain consel de ses pais , et de cas- cun pais chiertainne personne, pour coy medame donna

    Verg. hiermede het verhaal van den heer De Jonge , bl. 180 volgg. Mesist is van mettre , da/es is bij , nevens: het te genwoordige lez, nog bij namen van plaatsen in gebruik. (1) manda — inilawme — et vint dales li, anchois que elle se partesist de ses pais. Anchois is voor dat: van ans,ains, het Jat. ante; partesist, voor partit, eer dat zij vertrok. Hier is eene schijnbare tegenstrijdigheid met de grafelijke rekeningen van dien lijd, waaruit de heer De Jonge aantoont (bl. 106), dat Margarethaden8sten September 1346 Geertruidenberg verliet, en Willem aldaar eerst den volgenden dag aankwam. Doch ofschoon zij elkander aldaar gemist mogen hebben, bewijst dit nog geenszins dat Margaretha haren zoon niet ergens elders ontmoet hebbe; ook wordt dit, zoo ik meen , bevestigd door den ongenoemden schrijver van de Cronica de TraJ., bij Malthaeus Anal. V. 561 , die uitdrukkelijk zegt: » Post hoc »Iwperatrix commisit terram suis officiariis, et omnibus » ministratis repedavit ad Imperatorem. Post koe rediit » in Hollandiam et Hannoniam cum filio suo seniore Wil- »helmo, et commisit ei de consensu militiae et civitatum ïComitatum Hollandiae , Zelandiae, ac Frisiae, ut re lt gerei eas ex parle sui, ut Praeses" etc, welke tweede reis echter ons voorkomt met de latere komst van Willem hier te lande en zijn zamentreffen met zijne moeder verward te zijn. Ik denk dus voor het naast dat het aan eene ondui delijkheid in de grafelijke rekeningen zal haperen.

    — 205 —

    a monsigneur sen fil dessus dit lettres ouviertes sur sen sayel de commission (1) de luy representer en sen non et de faire otant en tous cas se elle y fust presente, sauve sen hiretage et signerie (2), durant ce pooir jus- ques a tant que elle fust revenue en lun de ses pais; contenant en le ditte commission , que tant et si longe- ment que meditte dame estoit huers (3) de ses dis pais u de lun diaus, elle ne pooit en riens obligier ne conve- nenchier en tout ne en partie ses dis pais ne lun di aus. Et che declaroit elle et obligoit, saucune cose en faisoit (4), par le ditte commission yestre de nulle va- leur, dont li ditte comissions sensiut chi apres.

    Margerite par le grasce de Dieu etc. (Zie den brief hierboven, bladz. 165).

    Ches coses ensi faites et ordenees, obligies et conve- nenchies, et sayellet les commissions, medame li con- tesse se parti de ses pais et en rala en Bawiere, par deviers monsigneur lempereur qui remandet lavoit, si que dit est, et mesires li dus Willaumes demora en Hollande en le gouvrenanche (5) de tous les pais. Et

    (1) Zie den brief hiervoor medegedeeld, bl. 165, en onze aanteekeningen aldaar.

    (2) sauve sen hiretage et signerie. Hiretage is een oud woord, waarvoor men thans kéritage zegt. De zin is: behoudens hare regten op de geërfde landen en hare hoogheid als landsvrouwe. Zij zelve was namelijk door den keizer beleend, niet haar zoon Willem, wiens gezag dus altijd van het ha re afhankelijk bleef.

    ^3) keurs, buiten, hors, (zie reeds voor, blz. 148).

    (4) saucune cose en faisoit, indien zij eenige zaak deed.

    (5) gouvrenanche, het bestuur, gouvernement.

    — 206 —

    en celle demorance fallirent les triuwes (1) ki estoient entre medame ses pais , et levesque et Ie ville dütret, si li vinrent «les wieres sur Ie main. Pourcoy li pau de Holl»nde souffri et rechiut grant blasme et da- mage, si quil appert parmi Ie descort ki estoient entre les parties de Hollande et de ZelJande , et des com munes gens ki ne i'aisoient mies leur deroir enxieri monsigneur leduc Willaume , en disant quil nestoit mie» leur drois sires, ne nobeissoient mies a luy si quil Jeu- wissent (2). Et chou rewardet (8) et consideret lestat dou dit pays , il fu escript a meditte dame par ancuns ki volentiers veissent (4) que li honneurs et proufis de medame et de monsigneur Ie duo Willaume fust vrardet,

     
    x
    There are no annotations available for this image!
    The annotation you selected is not linked to a markup element!
    Related to:
    Content:
    Additional Description:
    A click on the button »Show annotation« displays all annotations on the selected charter image. Afterwards you are able to click on single annotations to display their metadata. A click on »Open Image Editor« opens the paleographical editor of the Image Tool.