useridguestuseridguestuseridguestERRORuseridguestuseridguestuseridguestuseridguestuseridguest
Charter: Gedenkstukken Nederlandsche Geschiedenis, ed. Bergh, 1842 (Google data) 64
Signature: 64

The transcription and metadata of this charter are scanned by a OCR tool and thus may have low quality.

Zoom image:
Add bookmark
Edit charter (old editor)
99999999
 
Source Regest: 
Gedenkstukken tot opheldering der nederlandsche Geschiedenis - opgezameld uit de archiven te rijssek, en op gezag van het gouvernement uitgegeven, Nr. 64, S. 127
 

ed.
Current repository
Gedenkstukken tot opheldering der nederlandsche Geschiedenis - opgezameld uit de archiven te rijssek, en op gezag van het gouvernement uitgegeven, Nr. 64, S. 127

    Graphics: 
    x

    (1) Dit belangrijke charter, dat tot nog toe onbekend was, be helst het eindverdrag tusschen de beide vorsten gesloten. Wagenaar maakt daarvan geene melding , en Kluit kent al leen den brief van 19 Febr. 1298 , te vinden bij O. Vredius, Geneal. C. Fl., Prob. II. p. 34 , benevens den brief van grave Jan over de kwijtschelding der hulde, en het concept der vredesvoorwaarden. Alle deze brieven zijn aangegaan ten nadeele van Jan van Avesnes, die de naaste erfgenaam van

    — 88 —

    Namen, ende wi Jan grave van Holland, van Zie- land ende here van Vrieseland , maken cont allen lieden dnt bider helpe van onsen here, van allen nide, van allen twiste , van allen orloghen ende van alre scade,

    Holland was, en buiten zijnen rade als voogd; waar over de lecnbulde gehandeld wordt, zegelen te gelijk ettelijke edelen met grave Jan , maar hier in onzen brief zegelt deze al leen. Hieruit ziet men dat de uitdrukking in den brief van Jan, d. d. 28 Maart, bij Kluit II. 994, bi onsen rade niet van eenen vasten grafelijken raad uit die edelen zaam- gesteld , moet verstaan worden , gelijk sommigen meenen , maar dat zij blootelijk , zoo als toen het gebruik was, ge tuigen en borgen van den graaf zijn, voor de uitvoering van het verdrag, juist zoo a]s Robbrecht en Willem van Vlaanderen getuigen dat deze onze brief bij hunnen rade gegeven is. — Doch had graaf Jan volgens het toenmalige staatsregt de magt om dezen zoen te sluiten zonder toedoen van zijnen voogd f (van de zaak der leenhulde spreken wij niet.) Daar hij bij deze acte zich alleen voor zich zeiven verbindt, had hij de toestemming der agnaten niet noodig, en daar Avesnes in 1297 het land verliet, en grave Jan aanbood rekenschap van zijn hewind af te leggen (Melis Stoke B. V. vs. 866 volgg.) zoo schijnt deze niet noodig gehad te hebben z.ijne voogdij langer te erkennen, en de vrijwil lige voogdijschap door hem zelf aan Wolfert van Borselen opgedragen , tot dat hij 25 jaren zou bereikt hebben , was onwettig ten aanzien van verbindtenissen aangegaan metderden, Eindelijk heeft hij eerst in 1299 Jan van Avesnes voor den tijd van vier jaren tot voogd aangenomen, zoodat de vroe gere brieven buiten diens raad gesloten, hierdoor niet on geldig konden worden. Zie Wagenaar, IIJ. 105, 109, 128, en Bilderdijk, Gesch. d, Faderl.ll. 276-278, Ook was hij, die in 1298 omtrent zeventien jaar oud was, vol gens bet lounmalige regt mondig,

    — 89 —

    heede in lieden ende in goede, tote up den dach van heden , die gheweset hevet ende ghedaen es an beden ziden tusscen ons ende onsen vorders ende den lieden van onsen lande, ende van onsen graefscepe ghe- meenlike ende besonder , hoedat si ghedaen ziin, ende hoedat ment ghesegghen mach of ghepeinsen , ghemaket es een ghevest ende een gheheel pais ende vast ende ene goede zoene. Ende wi over ons ende over onse nacomelinghe, ende over die lieden van onsen lande, ende hare nacomelinghe, maken dese vorseide zoene met deser jeghenwordigher lettre ende verlien ende orconden met desen jeghenwordighen lettren , dat dese zoene ghemaect es over ons ende over de onse vorseit ende alle scade die an beden ziden ghesciet es an lieden of an goede, ende al onrecht ende allen niid gheheel- üke ende al vergheven ende verlaten, ende zetten ons ende de onse vorseid onderlinghe in goeden wille ende in goeder zoene ende in vasten paise van al dat ghesciet es tusscen ons ende onsen vorders ende onsen lieden van onsen lande tote den daghe van heden , ende war dat sake dat jement van onsen lande ende van onsen helpers wilde gaen jheghen desen pais ende jheghen dese verghe- vjnghe ende verlatinghe , daer gheloven wi malliic an- dren scadeloos of te quitene; ende het es te verstane dat dese zoene ende dit ghevest ende dese pais van den sticken die vorseid siin , niet langer ne bliven ghestade , no in hare cracht, no gheduren zullen , dan also lan- ghe alse wi Jan grave van Holland vorseid leven zullen ende van ons bliven sullen erfnamen ende nacomelinghe commende van onsen lechame, ende ghevielt dat van ons ne bieve erfname ende nacomelinghe comende van onsen lechame, ende dat ter zide ghinghe tgrascep van Holland, so bliven wi Guid grave van Vlaendrea

    — 90 —

    vorscid ende onse erfnamen ende nacomelinghen graven van Vlaendren in alsulken rechte van allen sticken , als wi waren , heer (1) dese lettre ghegheven was; ende wi Jan grave van Holland vorseid over ende onse erf- namen ende nacomelinghen comende van onsen lechame sire (2) in also gheacordeert ende kennen dat also es ghevoreword ( 3) ende besproken tusscen ons heeden graven van Vlaendren ende van Holland vorseit. Deze vorme van desen paise, also alst vorscreven es in allen ende in eiken pointe, die gheloven wi over (4) ons ende over de onse vorseit met gheghevenre trouwe ende met gesuoren eede te houdene vast ende ghestade. Ende vertiien (5) alrehande helpe die ons of den on sen alst vorscreven es, helpen mochten , warbi dat die zoene vorscreven ghecranket worde of tebroken in al of in enighen pointen. Ende wi Guid grave van Vlaendren over ons ende onse erfnamen graven van Vlaendren , ende wi Jan grave van Holland vor seid , over ons ende onze erfnamen ende nacomelin- ghe comende van onsen lechame, in orconscepen ende omme de xekerede van allen desen sticken vorseid, so hebben wi dese lettren bezeghelt met onsen zeglen . . ende om dese zekerede bet te bewarne , so willen wi grave van Vlaendren vorseid, dat Robbrecht ende Willem onse kinder dese lettren zeglen met haren zeglen. Ende wi Robbrecht ende Willem des gra ven kinder van Vlaendren vorseid, bi den wille ons

    (1) keer. Zeeuwsch voor eer, (Zie bl. 83).

    (2) sire, d. i. zijn er.

    (3) ghevoreword, bepaald, verdragen.

    (4) over ons, d. i. voor ons.

    (5) vertiien, d. i. doen afstand.

    efs vader vorseid ende om alle zekerede ende omdat ese dinghe siin ghedaen bi onsen rade, so hebben wi oen hanghen onse zeghels an dese lettren metten zeglen ns liefs vader sgraven van Vlaendren vorseid ende ans sgraven van Holland ons neven vorseid, de welke ;ttren waren ghegheven te Biervliet, als men scriift ns heren jaer Dusentich twehondert neghentich ende chte , des vridaghes na onser vrouwendach in Marthe.

    Origineel op perkament met de ridderze gels der vier heeren in groen was aan perkamentbanden met contrazegels.

     
    x
    There are no annotations available for this image!
    The annotation you selected is not linked to a markup element!
    Related to:
    Content:
    Additional Description:
    A click on the button »Show annotation« displays all annotations on the selected charter image. Afterwards you are able to click on single annotations to display their metadata. A click on »Open Image Editor« opens the paleographical editor of the Image Tool.