Codex Diplomaticus Neerlandicus, Nr. LXXVI. , S. 49
Codex Diplomaticus Neerlandicus, Nr. LXXVI. , S. 49

Wy schout, burgermrn, schepenen ende raydt der stadt van Vtrecht maicken kondt allen luyden, dat wy van wegen der stadt voirs. geconstitueert ende machtich gemaickt hebben, constitueren ende geuen speciael macht mitsdesen Jan van Groesbeeck, onsen mede raytsfrunt, omme vuyt onsen namen, van wegen ende tot behouff der stadt van Vtrecht voirs., te reysen jnden lande van Gelre, Guylick, Cleue ende anderswaer daer omtrent, ende aldaer mit rechte jnne te wynnen ende te doen beleggen sekere getuyeh» nissen des waerheyts van tgebruyck ende gerechticheyt, die de burgers ende jnwoenders der landen voirs. hebben ende genieten opten tollen, toecomende die eertsbisschoppen van Cuelen, Mens, Trier, ende mede op andere tollen, gelegen jnden landen van Guy lick, Cleue, Gelrelant ende andere; ende voirt allet generalicken ende specialick.cn dair jnne te doen ende te laten, dat wy constituanten voirs., jnden name als voren, dair jnne doen ende laten souden moegen; gelouende allet gene by onsen gemachtichde voirs. hier jnne gedaen ende gehanteert sel werden, vast, stade ende onuerbrekelicken te houden, ende daer nyet tegens te doen noch te doen doen jn geenrewys, alle dinck sonder argelist. Des toirekonde soe hebben wy desen stadt signet, twelck wy dagelicx gebruyeken, an desen brieff doen hangen.
Gegeuen jnt jaer ons heren duysent vyffhondert een ende tsestich, opten yerstendacli van September.
(Get.) Ja. van der Voort.
Naar het origineel met aanhangend zegel, voorhanden in het stedelijk arehief van Utrecht.
Codex Diplomaticus Neerlandicus I/1, 1848 (Google data) LXXVI. , in: Monasterium.net, URL <https://www.monasterium.net/mom/CodexDiplomaticusNeerlandicusI/a9b74af2-a6cc-44fe-b1ee-eb0152d121b6/charter>, accessed 2025-03-14+01:00
The Charter already exists in the choosen Collection
Please wait copying Charter, dialog will close at success