Codex Diplomaticus Neerlandicus - Verzamling van Oorkonden, Betrekkelijk de vaderlandsche Geschiednis., Nr. 79, S. 139
Codex Diplomaticus Neerlandicus - Verzamling van Oorkonden, Betrekkelijk de vaderlandsche Geschiednis., Nr. 79, S. 139
Gijsbert van Bronchorst, here tot Batenborch ende tot Aen- holt, ende Deryck, soen tot Batenborch, doen kont allen luden,
9*
132
dat wy ghegeuen hebben ende geuen Florijs van. Bersellen, heer van Zulen ende van sente Meertens dijck, ende Vranck van Bersellen, rytter, enen gueden, steeden, auden, vasten vrede ende bestant, hem, hueren knechten, dienre ende ondersaten, welken vrede ende bestant jngaen sall .des sonnendages na sente Remeys dach nv neest comende, ende sal duren tot op- ten heyligen Paessche dage dair neest volgende ende dien dach al, sonder argelyst. Ende hebben des jn enen getuychenisse der wairheyt onse segelen aen desen bryeff ghehangen. Gege- uen jnt jair onss Heren dusent vyer hondert ende eenentwyntych opten sesentwyntichsten dach jn Septembry. De beide zegels verloren.
Codex Diplomaticus Neerlandicus II, 1848 (Google data) 79, in: Monasterium.net, URL </mom/CodexDiplomaticusNeerlandicusII/8dc5cf25-c05c-4283-8ff6-20f11b831348/charter>, accessed at 2024-12-22+01:00
The Charter already exists in the choosen Collection
Please wait copying Charter, dialog will close at success