14 Januarij 1415.

ten Rijn, enz. Gegeven in den Hage, den vierden dach in Augusto, int jair ons Heren MCCCC ende viertien.

De regering der stad Hairlem levert vidimus van een' brief, door Willem gegeven, waarin deze be looft , in zijne munten geen geld te laten slaan, dan goud, en dat het met de andere specie in de steden van Hollant zal gangbaar zijn tegen den prijs, met overleg van den gezworen waardijn bepaald. Hier voor moeten de steden gedurende vijf jaren, voor welken tijd deze bepaling gemaakt wordt, honderd gouden Fransche kroonen 's jaars geven, tot loon van den waardijn; ook zullen zij jaarlijks aan den graaf voor zijn sleyscat opbrengen vier duizend van dezelfde kroonen. De steden en landschappen zijn met den graaf overeengekomen, om die som op de volgende wijze onder elkander om te slaan.

„Dordrecht mitter bailiuscep van Zuut Hollant, vijf- hondert cronen, Item Hairlem mitter bailiuscep van Kenemerlant, vierhondert acht ende tachtich cronen, Item Delff mitter bailiuscep van Delfslant ende mitter ouder stede van Vlairdinge, vierhondert cronen, Item Leyden mitter alinge bailiuscep van Rijnlant, also die onse bailiu aldair op desen tijt bedrijft, vijfhondert cronen, Item Aemsterdam mitter steden van Monic- kedam ende Yedam ende mitter bailiuscep van Aem- sterlant, Waterlant ende Zeevanck vierhondert twin- tich cronen, Item Goude mitter bailiuscep aldair ende mitten dorpen diere mede plegen te gelden, hondert vijftich cronen, Item Rotterdam ende Sciedam mitter bailiuscep van Scielant, driehondert cronen, Item

Memair mitter bailiuscep van Vrieslant ende mitten lande van Texel ende Wyeringen, tweehondert twee ende veertich cronen, Item Hoerne mitten anders den steden binnen der casteleynscep van Medenblic, vier- hondert cronen ende tien, Item Scoenhoven mitter bailiuscep aldair hondert vijftien cronen, Item Sinte- geerdenberge vijftien cronen, Item Wbudrichem mitten lande van Althena, hondert cronen, Item Gorinchem ende Lederdam mitten lande van Arkel, hondert cro nen, Item Beverwije mitter bailiuscep aldair, hondert cronen, ende de bailiuscep van Noirtich, veertich cronen."

Brief op perkament met het zegel der stad Hairlem in groen was, hangende aan een' enkelen fransijnen staart. Lade 13.

24 Februari) 1415.

Decanus et capitulum beate Afar ie Hagensis, etc. Datum in Haga, anno Domini mille- simo quadringentesimo quinto decimo, ipso die Mailde apostoli.

De deken en het kapittel van de heilige Maria in den Hage, overwegende, dat de kapel, genaamd de Heylige Stede en de Heylige Wech te Aemsterdamme in zeer slechten staat verkeerden, en niet dan met groote kosten konden worden hersteld, staan aan de regeerders der stad af al de renten en inkomsten, baten en giften, aan de kapel en den weg toebehoo- rende; waaronder bepaaldelijk genoemd worden dè

gaven, te offeren in het blok, staande in de kerk van sint Nicolaes voor het heilige sakrament, hetwelk ter plaatse van de gezegde kapel gevonden was; doch keerde het sakrament ten eenigen tijde naar de kapel terug, dan zou in dit geval ook het offerblok uit de Oude Kerk worden weggenomen. Waartegen het stedelijk bestuur op zich neemt, voor het herstel en onderhoud van de Heylige Stede en den Heyligen Wech te zullen zorg dragen, zoo ook voor de be taling van den kapelaan, terwijl het buitendien be looft, aan den deken en het kapittel in den Hoge, tot vergoeding der bijzondere schade, alle jaren op kers dag een mark fijn zilver te betalen.

Brief op perkament met het zegel van het Haagsche kapittel in rood was, hangende aan een' dubbelen fran- sijnen staart. Door dit stuk is het volgende gestoken. Lade 10.

Handvesten van Amsterdam, bi. 421.