Het Archief der Ijzeren Kapel in de Oude Of Sint Nikolaas Kerk Te Amsterdam, Nr. 112, S. 124
Het Archief der Ijzeren Kapel in de Oude Of Sint Nikolaas Kerk Te Amsterdam, Nr. 112, S. 124
11 Februarij 1489.
Maximiliaen en Philips in aanmerking nemende, dat de stad Aemsterdamme niet versierd was met zulk een wapen, als zij behoorde te hebben, vooral ook, omdat de poorters met hunne schepen op vele verafgelegen landen handel dreven, schenken haar de Roomsch-koninklijke kroon, om die ten eeu wigen dage boven het wapen te voeren. Behalve bijzondere redenen, door welke zij tot het verleenen van deze gunst waren aangespoord, had de overwe ging van menigvuldige diensten, door Aemsterdamme aan de vorsten bewezen, hen daartoe bewogen. Deze bestonden niet slechts in de zware kosten, welke zij bij verschillende gelegenheden ten behoeve van hen en hunne voorvaderen gedragen hadden, maar ook in de hulp, op dat oogenblik nog betoond, bij de wapening, om de steden Rotterdam en Woerden tot gehoorzaamheid te brengen.
Brief op perkament zonder zegel, dóch door den Roomach-koning zeiven geteekend. Lade 39.
Handvesten van Amsterdam, bl. 2. Pontanus, Amst. Hist., fol. 26, geeft eene vertaling in het Latijn met eene verkeerde dag- en jaar-teekening, te weten, 10 Februarij 1490. Dap per, Hist. Beschr. van Amsterdam, bl. 130. Van domse- laeb, Beschr. van Amsterdam, boek III, bl. 211. Commelin, Beschr. van Amsterdam, bl. 187. Verslag van het Instituut, bl. 138, waar eenige opmerkingen aangaande dit charter voorkomen.
28 Maart 1490.
Wij Johann van Gots gnaden to Denmargken, enz. Gegeven to Copenhaven, am sondage Judica, na Godes gebort dusent veerhundert im negentigestigen jaer.
Johann vergunt aan Amstelredam en de andere Hol- landesche steden, om in zijne rijken Denmargken, Nor- wegen, en inzonderheid te Berghen, alsmede op Het- lande en Mande, vrijelijk ten allen tijde handel te drijven; ook wordt hun toegestaan, het wrak en goed hunner, op zee verongelukte, schepen daar te ber gen, tegen betaling van een redelijk berg-loon. Bo vendien ontvangen de Hollanders de toezegging van een vrijgeleide, onder voorwaarde, dat 's konings onderdanen, welke de steden van Hollant bezochten, aldaar ook vrij en veilig zouden zijn. Ondertusschen behoudt de koning aan zich de gewone tollen, mits gaders zijne koninklijke vrijheden en geregtigheden.
Brief op perkament met het zegel van den koning in rood was, hangende aan een' dubbelen fransijnen staart. Lade 42.
Handvesten van Amsterdam, bl. 55.
28 Maart 1490.
Wij Johann van Gots gnaden to Denmargken, enz. Datum to Copenhaven, am sondage Ju dica, anno MCCCC nonagesimo.
Johann schenkt vergiffenis en kwijtschelding voor
de schade, hem aangedaan door eenige onderdanen des Romische koniges Maadmilianes, behoorende tot dem Brijle, Middelborch, Arremode en andere steden in Zelande, door welke eenige schepen der zijnen met hunne goederen genomen waren. Daarenboven belooft hij zijne bescherming aan de kooplieden der Hollandesche steden, en inzonderheid aan die van Amstelredam, wanneer zij in zijne rijken kwamen, om aldaar handel te drijven.
Brief op perkament met het zegel van den koning in rood was, hangende aan een' dubbelen fransijnen staart. Lade 42.
28 Maart 1490.
Wij Johann van Gots gnaden to Denmargken, enz. Datum to Copenhaven, am sondage Ju- dica, anno MCCCC nonagesimo.
Johann vergeeft aan Amstelredam het misverstand en de tweedragt, tusschen hem en deze stad gerezen, ter oorzake van den doodslag, begaan aan zijnen kapelaan Hans Mertenss, en van de gevangenzetting zijns dienaars Bertolt Busch, in Amstelredam geschied, met uitdrukkelijke verklaring, van niet te gehengen, dat verder daaromtrent eenige moeite of onderzoek zal plaats hebben.
Brief op perkament met het zegel van den koning in rood was, hangende aan een' dubbelen fransijnen staart. Lade 42.
28 Maart 1490.
WijJohann van Gots gnaden to Denmargken, enz. Datum to Copenhaven, am sondage Ju- dica, anno MCCCC nonagesimo.
Johann zegt, dat in tegenwoordigheid der sende- boden van Amstelredam voor hem verschenen is zijn dienaar Bertolt Busch, welke in die stad was gevan gen genomen en van daar vervolgens aan hem op gezonden, verklarende voor zich, zijne erfgenamen, medgezellen en allen, wien het mogt aangaan, vrij willig van alle verdere aanspraak of namaning dien aangaande afstand te doen; welke verklaring mede door den koning wordt bekrachtigd.
Brief op perkament met het zegel van den koning in rood wa8, hangende aan een' dubbelen fransijnen staart. Lade 42.
Scheltema, Pieter: Het archief der ijzeren kapel in de oude of Sint Nikolaas kerk te Amsterdam, 1850 (Google data) 112, in: Monasterium.net, URL </mom/NikolaasKerk/4ca2392b-57b5-40e1-9501-394eca5bc203/charter>, accessed at 2024-12-12+01:00
The Charter already exists in the choosen Collection
Please wait copying Charter, dialog will close at success